maandag 26 september 2011

Eten

Een veel gestelde vraag aan mij is: eet je niet teveel daar in Amerika? Lieve mensen, nee, dat doe ik niet en ik kan het ook niet. Het lijkt wel of er in veel voedsel hier veel suiker of zoetstof is toegevoegd. Je kunt je inderdaad echt tonnetje rond eten. Het dagelijkse eetpatroon van de Amerikaan ziet er als volgt uit; in de ochtend heeft met een ontbijt, deze bestaat uit vele dingen, zoals daar zijn, melk (light, low fat of half and half), thee, sinaasappelsap of koffie. Dan komen daar nog de ontbijtgranen, muffins, eieren, bacon, spek en ander beleg om de hoek kijken. Brood wordt gesmeerd met voornamelijk een light mayonaise, de ‘Miracle Whip’. De bekers worden gevuld met bijna halve liters en de borden met genoeg voor een complete kleuterklas.

Tijdens de ochtend wordt er veel koffie gedronken, meestal halve liters, dit rond de klok van tien met daarbij de vele lekkernijen die je glazig (van de suiker) vanachter een vitrine je toeschreeuwen. Ik ga de keuzes in koffie hier niet benoemen, ik lijk wel gek! Muffins in allerlei soorten en maten, pecan broodjes, peanutbutter/jam/chocolade scones dringen allemaal voor om in die gewillige mond te belanden. Ik geef toe, zo’n druipende en warme caramelcroissant met noten om half tien in de ochtend is het toppunt en mijn tong maakte van blijdschap een pirouette. Zo ook mijn maag en na een halve caramel chocolate pumpkin latté met wipped cream, moest ik echt naar de wc rennen. Sproei!
De lunch is om één uur in de middag en de keuzes die je hebt qua eten zijn ongelofelijk. Ik spreek even over het plaatsje Cambridge, Harvard square, waar ik dus naar school ga. Een overdaad aan ketens zoals McDonald’s, Starbucks, Dunkin’Donuts, Pizza hut, China Wok, Wendy’s en natuurlijk de Subway. Van hamburger tot rijst en curry, je kunt het zo gek niet bedenken of ze hebben het hier in een straal van drie meter. Nou ja, ik mis wel de zuurkool met worst. Alles in enorme porties en teveel. Ook de bijgerechten zijn heftig en groot. Rond half vijf is het ‘snack time’ en vliegen ze met z’n allen boven een schaal (zeg maar badkuip) rauwkost. Ja, om nu weer iets vets te eten is toch te gek. We spuiten er alleen een halve liter slasaus overheen. Ook is het dan tijd voor een smoothie, yoghurt of fruit.
Om ongeveer zeven uur in de avond is het ‘dinner time’ en dan krijgt men een groot bord eten toegediend. Ik eet vaak in de avond bij het huis, de andere studenten zijn dan meestal ook aanwezig. Het eten wat Nita maakt is bijzonder lekker, ze zorgt heel goed voor ons. Gelukkig kunnen we zelf de porties aangeven. Eten mag ook niet verspild worden, dat is een gouden regel hier in het huis, maar ook in de rest van Amerika. De keukenkastjes puilen uit van de Tupperware en de koelkast staat overvol met overgebleven eten. Ik vind dit soms erg vies, ik heb laatst een praatje gemaakt met een bak chili con carne, die bijna uit zichzelf de koelkast uit wandelde.
Ik heb al heel snel geleerd dat ik niet van dat vele eten houd. Het kwam me na drie dagen mijn poriën uitzetten. Ik start met sinaasappelsap en wat toast, heb om tien uur mijn bakkie koffie, eet dan pas om één uur een kleine salade of soep en ik heb de smoothie ontdekt rond vijf uur. Zalig! ‘s Avonds heb ik mijn ‘gewone’ bordje eten. Qua snoep vindt de pindakaas M&M’s wel erg lekker, deze zijn ook een beetje verslavend. Ik doe mijn zakje maar weer dicht.

donderdag 22 september 2011

Salem

Vandaag ging een langgekoesterde wens van mij in vervulling, een bezoek brengen aan het stadje Salem. Salem heeft altijd een enorme aantrekkingskracht op mij gehad, dit vanwege alle griezelfilms en boeken over dit stadje. De laatste jaren staat het bekend als hét Halloweenstadje van Noord Amerika. Ik zal proberen een korte beschrijving te geven.

Salem is een stad in de Amerikaanse stad Massachuttes, ongeveer 23 km ten noordoosten van Boston. Het stadje is vooral bekend door de heksenprocessen van Salem van 1692, die de stad gebruikt om de toeristen naar Salem te lokken.

Ik kwam aan met de trein en hoopte op een prachtig ouderwets, statig stadje tussen de rood wordende Iepen met een spannende setting. Ik hoopte ook op van die kraaien op zo’n kromme straatlamp die gevaarlijk naar je aan het kakelen zijn. Mijn fantasie gaat altijd goed met me op de loop. Helaas kom je aan op een soort verroest, grijs en koud stationnetje wat naast een autosloop ligt. Terwijl ik naar het centrum wandel valt het me ook dit keer op, net zoals in Boston, dat oudbouw en nieuwbouw echt letterlijk en figuurlijk naast elkaar liggen. Een prachtig landhuis heeft een autogarage als buren. Of een Dunkin Donuts, waar je hier overal mee wordt doodgegooid. Ik loop de route volgens een kaart en kom zo langs de bezienswaardigheden en een winkelstraat. Het ziet er allemaal erg nieuw uit, het is alsof ik door de Waterstraat van Tiel loop. De winkeltjes trekken me wel aan, de een na de andere heksenhoed, kraai, bezem, zwarte kat, afgehakt hoofd en pompoen in de etalage lonken mij naar binnen. Het valt me trouwens ook op dat er in het stadje vele ‘echte’ heksen rondlopen, de zogenoemde wicca vrouwen.

Wicca is de belangrijkste neoheidense natuurreligie, in 1954 gepopulariseerd door ene Gerald Gardner, die het toen 'hekserij'of 'heksencultus'noemde en haar aanhangers 'de wicca's'. Wicca is een min of meer georganiseerde vorm van hekserij, maar dit betekent niet dat deze begrippen synoniem zijn. Moderne wicca is behalve een natuurreligie vooral ook een ecologisch en feministisch geïnspireerde filosofie. Bent u er nog bij? Ik stel me altijd van die vrouwen voor met heel veel schaam- en okselhaar die tegen een boom in het bos staan te lullen. Die zich in een rivier wassen met eieren. Althans, dat denk ik dan.


Een vriendelijke grijze vrouw in soort touwachtig jute gewaad, met veel knopige ringen en frutsels met drakenpiemels, lacht me vriendelijk toe vanachter zo’n echt toonbankje en probeert me een potje met kikkertenen of drakenbloed aan te smeren. Het grappige is dat ze in deze winkel ook echt van dit soort zaken verkopen, zoals gedroogde konijnenogen of katte pootjes. Het winkeltje staat overvol en de geur van kaneel en zoetigheid werken wel mee met het complete plaatje. Het schijnt dat dit winkeltje ook vaak last heeft van dierenactivisten. Sommige gebouwen in Salem zijn ook echt prachtig en oud, ook het kerkhof helpt wel qua griezelgevoel. Ik heb ergens wel genoten deze middag en ik kom zeker terug, want vanaf 1 t/m 31 oktober wordt daar uitbundig Halloween gevierd tijdens de ‘Haunted Happenings’.








woensdag 21 september 2011

Klagen

Ik voel me alweer wat beter. Mijn neus loopt nog steeds, maar dat mag de pret niet drukken. Het is een hardnekkige verkoudheid en ik geloof dat mijn halve school er last van heeft. Amerikanen zijn erg panisch als het gaat om bacteriën of andere micro-organismen die wij dagelijks met ons meedragen, laten vallen en/of uitproesten. Je vindt hier op bijna elk toilet, lift, roltrap, toonbank vaak van die dispensers met hygiënische handgel, dat wonderbaarlijke snot wat zou lekker snel verdampt als je het op je handen smeert. Ze gebruiken het hier te pas en te onpas, ik zie bij sommige mensen al  hun knokkels door het weke vlees komen. Ook denk je dat elke kleuter hier een hazenlip krijgt, want na elke maaltijd of zelfs koekje, wordt hun hele bovenlip weggepoetst met een Sesamstraat- of Dora doekje. Gelukkig is daar dan de Hulk- of Spidermanlipbalsem om de schrale, rode en opgeschuurde bovenlip mee te verzachten (ze bedenken hier van alles). Na dit alles wrijft moeder natuurlijk even haar handen schoon met haar eigen ‘pocket’ handgelletje van Hello Kitty.

Er zijn een paar onderwerpen waarover Amerikanen niet graag praten en dat is over ziekte, eigen familie en de dood. Begin nooit over een sterfgeval in jouw omgeving of familie, want zij nemen het gesprek gelijk over en praten dan meer over de ‘beautiful and well arranged ceremony’, dan over de overledene zelf. De bloemen, kaarten en rouwstoet zijn veel belangrijker. Wat hier ook van groot belang is zijn de roddelblaadjes en roddelprogramma's. Het gaat vooral over van die omhooggevallen types met een reality-tv serie. Laatst hebben we een hele week in de klas besteed over dit onderwerp en mijn lerares, Gilligan, die ik hoog inschatte, reageerde hysterisch op het feit dat Justin Bieber het had uitgemaakt met één of ander meisje. Lieve mensen, ik zie jullie denken; Donny, maar jij bent toch ook dol op dit soort dingen? Ja, maar met mate. Hoe ze er hier mee omgaan is vreemd en een beetje obsessief. De ene dag zijn ze vol van 11 september, zodra de klok die dag één minuut na middernacht slaat, heeft elke Amerikaan het over Justin Bieber. Over mijn lerares kom ik nog een keer terug.
Goed, ik ben lekker aan het klagen en maak het ook maar even af. Ik zal de volgende keer wat positiever zijn. Ze kennen hier ook het woord afspraak niet. In Nederland kom je weleens wat later of te laat, hier komt men gewoon niet of men verteld doodleuk dat de afspraak niet doorgaat. Dit komt vaak voor met de mensen op school. Zo ook met de bussen en metro’s hier. Na drie kwartier in een stilstaande bus omroepen dat hij ‘out of order’ is. Geen probleem, dat kan, maar als iedereen is uitgestapt en hij vrolijk wegrijdt, komt me de stoom uit de oren. Dan bij de toeristen informatie zeggen dat het zo geweldig is om dan met de boot naar dat bepaalde gedeelte van Boston te gaan en dit met prachtige folders aanprijzen. Geen bus, dan maar met de boot, dacht ik. Leuk idee. Op de bewuste plek in de haven aangekomen sta je eerst in een enorme rij van een uur en bij de kassa hoor je dat dit aanbod alleen voor het weekend geldig is. En dat die boot eigenlijk niet gaat op woensdagen, lees de kleine letters, Donny! Ik heb er in totaal bijna vier uur (en heel veel handgeldoekjes) over gedaan om naar het plekje Salem te gaan, een tocht die normaal 35 minuten duurt. De trein had gewonnen. Ik ga nu slapen, maar eerst even mijn handjes en tandjes wassen.

zaterdag 17 september 2011

Vrienden

Zo, de eerste 14 dagen zitten er alweer op. Het gaat allemaal zo vlug mensen. Het leven hier is ook erg ‘vlug’ en gisteravond eiste dat een beetje zijn tol. Ik was kapot moe en voelde me steeds beroerder worden. Op Kaplan, de school waar ik dus zit, ontmoet je ontzettend veel mensen. Het is verbazingwekkend hoe snel je nieuwe vrienden leert kennen. Ik trek nu alweer twee weken op met Naoki, Sarah, Jonathan en Silvan. Silvan is een jongen uit Zwitserland en is vorige week bij het groepje gekomen. Sarah is helaas vanmorgen teruggegaan naar Barcelona. Jammer, ik mis haar, een heel jong en slim meisje, maar bovenal zeer reëel en enorm grappig. Naoki vertrekt volgende week weer naar zijn land, Japan. Jammer. We hebben het goed met elkaar, maar soms is het een beetje te druk met het plannen van uitstapjes, lunches en diners. Ik merk dat ik dan toch 36 jaar ben, en dat ik dat allemaal even niet meer kan bijbenen. Je leeft ook dagelijks buiten in en om school en in de binnenstad van Boston. Ook die ‘T’ kan soms erg vermoeiend zijn en qua temperatuur schommelt het dan vreselijk.

Ik ben dus vannacht en vandaag ziek geweest, enorme koorts, keelpijn en hoofdpijn. Ik heb vanmiddag zo’n vier uur geslapen en mijn bed leek wel een zwembad toen ik wakker werd. Gelukkig hebben ze hier in Amerika drogisterijen die zo groot zijn als bij ons de Makro of de Sligro. Als je vraagt om iets voor je keel dan kom je terecht in een wereld van zalfjes, pillen, smeersels, drankjes, teveel om op te noemen. Complete rijen met een overdaad aan medicijnen voor je keel. Ik mis dan het kleine en beperkte assortiment achter de kassa van bijvoorbeeld een MCD. De informatie op zo’n flesje, doosje, strip, pakje, tube is ook teveel. Ze prijzen het zo aan dat je denkt dat je na het innemen ervan je het eeuwige leven hebt. Maar goed, ik heb nu dus wat medicijnen en ze werken inderdaad goed.
Morgen hoop ik op stap te gaan met Silvan en gaan we Boston vanuit een grote wolkenkrabber bekijken, ‘The Prudential Center’. Ik merk dat Silvan ook niet van grote groepen houdt en hij vraagt mij regelmatig om samen wat te ondernemen. Jonathan is druk met zijn rugbykwaliteiten, had ik al verteld dat hij in een gay rugbyteam zit…? Nee? Hij zit in een gay rugbyteam. Volgende week ga ik met hem mee om een wedstrijd te bekijken. Het leuke van Jonathan vind ik dat hij hetero is, maar dat het hem totaal niets kan schelen wat een ander ervan denkt dat hij in een homoseksueel team zit. Hij schijnt in zijn land erg goed in rugby te zijn en hij wilde hier in Boston blijven oefenen en via via kwam hij terecht bij ‘The Boston Ironsides’. Volgende week komt Paul over uit Nederland en ik verheug me erg op zijn komst. Even wat anders. Dan duurt het niet lang meer voordat Jeroen komt. Ik kan bijna niet meer wachten van spanning.
 v.l.n.r. Jonathan, Donny, Silvan, Sarah en Naoki

Met Silvan

dinsdag 13 september 2011

De 'T'

Elke dag stap ik in de ‘T’ richting Down Town. De ‘T’ staat hier voor Transportation. Boston kent 5 lijnen. Ik gebruik de rode lijn en start keurig bij het begin. Eerst een stukje met een trolley, een leuk tripje in een ouderwets geel treintje van ongeveer 8 minuten naar Ashmont, daar waar de metro begint en ik op overstap. Ik woon in de ‘zwarte’ wijk van Boston en de wereld in deze vervoersmiddelen is een soap op zich. Het bekijken van mensen is iedere ochtend weer een klein feestje. De mensen hier zijn erg luidruchtig en men kan hun hele hebben en houden volgen.
 
Zo zijn daar de iPod/Pad/Phone/Phing/Phong/Phang-dragers, en de R and B hits stuiteren door de metro heen. Sommigen van deze mensen gebruiken zelfs geen koptelefoon, maar zetten gewoon hun media apparaat keihard aan. Deze muziekstijl is zeker niet mijn favoriet, als ik daar van zou hebben gehouden, dan had ik mezelf al lang hebben opgehangen in een trapgat, vanwege al die depressieve teksten.
Zo zijn daar de schoolkinderen, de meeste hebben schooluniformen aan. Deze zijn ook erg druk met hun telefoontjes en kauwgum, heel veel kauwgum. Ze spreken niet met elkaar, maar volgens mij sms’en ze elkaar alleen maar. Als ze op de plaats van bestemming zijn dan nemen ze afscheid door heel kort en krachtig hun vingers tegen elkaar aan te houden, een soort vingerschuddend, i.p.v. handenschuddend. Daarbij kijken ze elkaar niet aan en zeggen weinig tot niets.
Zo zijn daar de mensen die hun relatie via hun telefoontje uitmaken. Vooral de Afrikaanse Amerikaanse dames praten dan heel hard en staan dan enorm te gebaren. Het lijkt wel een soort dans. Hun fluorescerende opplaknagels vliegen gevaarlijk door de metro heen. Ik was bijna een oog kwijt omdat Latifiha het schijnbaar uitmaakte met Quincy.
Zo zijn daar de pruik dragende moeders en veertig plussers. Deze dames proberen er chique uit te zien, maar zijn moddervet en dragen graag een dierenprintje. De legging met luipaardprint is duidelijk aanwezig en de cellulitis ook trouwens. Deze dames zijn letterlijk gestort in hun pumps (met een glittertje en ja, ook een luipaardprintje). Ik zie in mijn gedachten al een vrachtwagen met zo’n reuzin in de laadbak achteruit rijden (piep…piep…piep…) en deze oversized dames in hun klaarstaande schoenen en legging storten. Als toefje doen ze dan hun glimmende pruik op, deze wordt vaak verkeerd gedragen. Ze lopen ook balancerend door de metro, dit komt door hun overgewicht aan goud, nagels, haarstukken, tassen, telefoontjes en ergens onder een oksel hangt een baby.
Observeren in de ‘T’ is dus een prima tijdverdrijf. Ik stap uit bij ‘Harvard’.
 Me in the 'T'
Harvard Square

vrijdag 9 september 2011

Routine

In het huis waar ik nu woon zijn in totaal 5 studenten aanwezig. Toevallig allemaal mannen van verschillende afkomst en leeftijd. Allemaal studeren wij in Boston of Cambridge. We zitten niet bij elkaar in de klas, omdat we allemaal met een verschillende reden hier zijn. De één is hier voor zakelijke doeleinden en de ander om zijn taal op te krikken. Voor dat Venezolaanse jochie is dat laatste wel heel belangrijk. Ik moet zeggen dat hij erg aardig is en gelukkig een beetje bijtrekt. Ik heb geen klik met de mensen in het huis. Totaal niet erg, maar de host lady, Nita, vindt het erg prettig dat we samen dingen ondernemen om elkaar beter te leren kennen. Tot nu toe is het enige wat we samen ondernemen het eten aan tafel om 19:00 uur. Het huis bestaat uit drie verdiepingen, ik slaap op de onderste verdieping. Op de eerste verdieping is de gezamenlijke keuken en woonkamer. De keuken is erg gezellig en je kunt in de ochtend pakken wat je wilt.

v.l.n.r.: Manuel, Donny, Vinicius en Nita 

De school is op Harvard Square in Cambridge. Dit is naast het echte Harvard terrein. Ik moet zeggen dat dit een super gaaf gedeelte is van Boston. Cambridge is eigenlijk een dorp op zich en ziet eruit zoals je het in films ziet. Ik heb dagelijks les van 8:00 tot 14:00 uur en vrijdag is dat een uurtje later. Ik moet dus erg vroeg opstaan en loop in zo’n 8 minuten naar de “T”, dat is zo’n ouderwets trammetje wat me naar een groter metro station brengt. In totaal duurt de reis van het huis naar de school 45 minuten. De “T” is erg leuk, het is een wereld op zich. Ik zal er een keer op terugkomen.
De introductiedag was erg spannend. Inmiddels was het buiten erg slecht weer geworden, van bijna 28 graden naar enkele 16 graden en het kwam met bakken uit de lucht. Kaplan International is een gebouw met 6 verdiepingen. Ik moest in een wachtruimte zitten en langzaam druppelde het vol met voornamelijk Colombianen, Chinezen en Japanners. Een groepje Chinese meisjes (lees: zwart haar, spierwitte gezichtjes, popperige kniekousjes om spierwitte beentjes, korte plooirokjes met rugzakjes, poppetjes, gadgets, mobieltjes, pennen met van die hoerige roze dingen erop en heel veel gegiechel). “Joe phwotoo?” Ik moest dus met ze op de foto en ze stoten tijdens het fotograferen hele rare kreetjes uit, een soort raar geil lachen en kreunen. Een hele vreemde gebeurtenis moet ik zeggen. Ik ben een beetje bang voor dit soort types, ik heb het gevoel dat ze een geheime agenda hebben en tijdens een gesprek stiekem een walnoot kraken met hun schaamlippen. Sorry voor mijn taalgebruik en rare ideeën.
Na een test van anderhalf uur werden we in kleinere groepen ingedeeld. En ja mensen, Donny zit in de masterclass. Klinkt erg stoer, maar het is het hoogst haalbare van het vakantie Engels wat ze daar geven. En vakantie Engels is weer de ‘laagste’ vorm op de Kaplan school. Met de uitspraak en het verstaan heb ik geen moeite, wel met het schrijven en begrijpen van woorden. Ik ga me ook daarop storten de komende weken. Ik zit nu dus in een klas met 10 mensen. Tijdens deze eerste dag krijg je tijdens je studieperiode een buddy. Iemand uit je eigen klas waarmee je dingen kunt delen, bellen, mailen of bespreken. Het leek op een soort speeddate van wie er het beste bij iemand paste. Een beeldschone Braziliaanse jongen van 23 jaar, Jonathan Clavijo Guerra, wilde graag met mij de komende maanden optrekken. Mensen, en vooral de dames, als jullie hem zien dan wil je hem mee naar huis nemen. Zijn foto onder een watervalletje in een Speedo volgt waarschijnlijk nog. Ik ben eerlijk, het is een super aardig en open persoon. Hij speelt toevallig ook rugby (dank U, Heer!). En je weet het, ik ga natuurlijk voor iemands innerlijk.

Met Jonathan

dinsdag 6 september 2011

Welcome in America

“Welcome in America” klinkt het door de speakers van Boston Logan Airport. De tekst is afkomstig van een soort promotiefilmpje, wat ze op talloze schermen bij de douane afspelen. Ik zie een Prom meisje, een ijverige donkere man, een winkelende dame, spelende kinderen, kerstmis, Mickey Mouse, het Witte Huis, De Grand Canyon en heel wat legermensen die goed getimed salueren en allemaal zijn ze gelukkig, blij en huppelend voor hun huisje met een gazonnetje met witte hekjes. Dit is Amerika. In realiteit sta ik met zwetende oksels tussen brommende, zuchtende en moddervette Amerikanen in de rij voor de douane. Ook dat vervelende echtpaar wat achter me zat in het vliegtuig. Niets van een spierwitte glimlach, huppelend rotkind of witte tuinhekjes. De douane meneer deed goed zijn best en binnen enkele minuten stond ik in de aankomsthal, waar ik keurig werd opgewacht door twee jonge jongens met een bordje; Mr van Aalst. De jongens zijn van de talenschool en wachten netjes de studenten op om ze te begeleiden naar de taxi. Fijn, ik was met 40 minuten op de plaats van bestemming.

De adrenaline gierde door mijn lijf terwijl ik uitstapte. Buiten is het tegen de 30 graden en ik ben in een prachtige buitenwijk van Boston. Nita Burgess, een zwarte zakenvrouw van rond de 43 jaar, doet open, gevolgd door twee studenten die schijnbaar ook in het huis wonen. Ik werd net als in het promotiefilmpje hartelijk verwelkomd. De eerstvolgende uren kreeg ik bakken aan informatie binnen, je hoorde tot in China mijn hersens kraken. Goed, ik heb een prima kamer en een badkamer en het is die dag een komen en gaan van internationale studenten. Nita is duidelijk en komt goed over. Ze legt wel vier keer allerlei soorten huisregels uit. Ik heb die middag echt gevochten tegen de slaap, rond 22:00 uur eindelijk naar bed gegaan…


Die zaterdagavond kwam er ook een jochie van 16 uit Venuzuela, een zeer bang musje en spreekt geen woord Engels. Nita vond het een goed idee om hem de tweede dag mee te nemen naar het centrum, om te laten zien hoe en wat (ik moest het zelf ook allemaal maar uitvinden). Mijn God, daar liep ik zondag met dat jochie en er werd geen woord gewisseld! Na een paar uur ontdooide hij en kwam er af en toe een lach en een 'yes' of 'no'. Op een gegeven moment ging hij mijn tassen dragen! Schaamde me dood, maar hij stond erop. Ik heb dus een Venezolaanse personal assistent, hahaha! (en oerlelijk). Elke ochtend kunnen we zelf ontbijt maken en elke avond is het in de familiekeuken gezellig eten met elkaar. De lunch moet je zelf verzorgen. Ja, ik leef nu echt het Amerikaanse leven, ik ben ook erg benieuwd hoe het op de school zal zijn.

zondag 4 september 2011

Home

 Het huis (rechts)
Mijn kamer.

Daar stond ik dan snikkend in de armen van Jeroen. Ik ga nu toch echt weg! Ik heb me al die weken heel groot gehouden, maar op de dag dat ik vertrok had ik het toch wel even moeilijk. Koffers in de auto en hup naar Schiphol. Zoals ik al eerder heb verteld vind ik Schiphol vreselijk! Tjade, één van mijn beste vrienden stond ook op Schiphol en ja hoor, ik barst daar uit in een ugly cry. Adem in, adem uit en gaan. Ik durfde na de douane eigenlijk niet meer om te kijken of Jeroen en Tjade daar nog stonden. Daarna ging het best snel, ik zat zo in het vliegtuig na een stevige controle bij de douane. Ik stond nog net niet in mijn stringetje.

Ik had een prima plek bij het gangpad en ik kwam te zitten naast een erg vriendelijk Fransman. Hij leek mij op het eerste gezicht een Amerikaan en ik bespeurde ook niets van een Frans accent. Hij ging voor zijn werk naar Boston. Leuk als je iemand naast je heb zitten die heel relaxed overkomt. Ik vloog met Delta Airlines, met een Amerikaanse cabincrew. Het veiligheidsfilmpje wat ik zag voor me in het schermpje was erg lachwekkend. De strak getrokken mevrouw die de veiligheidsmaatregelen duidelijk articulerend aan de passagiers uitlegde was doodeng. Ik schatte haar rond de 60 jaar, rood haar, blozende appelwangetjes en een fijn Michael Jackson neusje. Ze deed me gelijk aan Marijke Helwegen denken:  “Rrroekoeee, and thanks voor choosing Delta Airlines, have a nice flight”. Het personeel was allemaal rond de 50 en zeer Amerikaans vriendelijk. Men had ook echt een instelling van: doe normaal. Je krijgt de kans ook niet om je angstig te voelen.

Achter mij zat een bejaard Amerikaans echtpaar en wat een stel. Hij was continue ruzie aan het maken met zijn vrouw. Die twee zijn waarschijnlijk al zo lang bij elkaar en schroomden zich blijkbaar niet om dit te delen met anderen. Hij begreep ook niet hoe dat schermpje met afstandsbediening werkte en hij beloofde na de zoveelste mislukte poging Delta Airline aan te klagen. De man heeft bijna 5 uur lopen zeuren, zeiken en gevloekt. Totdat zijn vrouw om een zware whisky voor hem vroeg met daarop; ‘Drink it, then you fall a sleep, and then I’ll hope you die’. Ik verzin dit niet.

zaterdag 3 september 2011

Adres Boston

Vrijdag 26 augustus was het dan zover; met een doffe plof viel de envelop van de talenschool op de deurmat. Ik wist dat hierin dus het definitieve adres in Boston in zou staan. Schuimbekkend die envelop opengemaakt en ik geloof dat ik nog nooit zo snel achter Google Earth heb gezeten. Virtueel genietend, wandelde ik rustig door de straten van mijn nieuwe woonplaats. Ik ga dus ten zuiden van het centrum wonen, zo’n 40 minuten met de metro. Ook staat er dat de gastvrouw Banita Burgess heet, een 43 jarige, Afro Amerikaanse zakenvrouw. Er staat verder niets over een man of eventueel kinderen (hoera).

De laatste week voor vertrek was erg spannend. Veel vrienden en collega’s wilden graag nog iets met me doen, zoals uit eten. Het leek soms wel of ik nooit meer terug zou keren. Ook mijn laatste werkdag bij de buitenschoolse opvang was erg leuk, maar zeer vermoeiend. Ergens maken je hersens en je lichaam zich klaar om te vertrekken. Ik werd echt overladen met kaartjes en cadeaus van collega’s, ouders van kinderen waarmee ik werk en vrienden. Ik kan je zeggen dat me dat enorm goed doet. Het is ook geen afscheid, maar meer een ‘uitzwaai’.
Nog enkele dagen voor vertrek. Ik moet je zeggen dat ik eigenlijk niet zenuwachtig ben. De meeste mensen in mijn omgeving weten dat ik een aantal jaren geleden een enorme vliegangst heb overwonnen. Het vliegen gaat nu dus goed, ik heb alleen nog steeds een bloedhekel aan Schiphol. Ik wil gewoon inchecken, instappen en gaan!! Meer vraag ik niet! Kijken hoe het zaterdag 3 september gaat lopen.